Wat is BAT voor je uitvallende hond?
BAT.
Wel eens van gehoord?
Het staat voor Behavior Adjustment Training en is een – in mijn visie en ervaring – zeer succesvolle manier om honden die moeite hebben met bv. onbekende honden en/of personen te helpen. Zodat ze niet meer fixeren, verstijven, wegkruipen, grommen, blaffen, uitvallen of (proberen te) bijten. Er wordt binnen hondenland veel gepraat over BAT, maar als CBATI (gecertificeerd BAT-trainer) merk ik dat er ook een heleboel misverstanden over bestaan.
BAT is ontwikkeld door de Amerikaanse Grisha Stewart en is gebaseerd op een aantal technieken die altijd al toegepast werden binnen gedragstherapie en training(Bv. Counterconditionering, systematische desensitisatie, LAT (look at that), markeren van gewenst gedrag). Wat BAT anders maakt dan al die technieken, is dat ze gecombineerd worden met datgene dat de emotie van de hond enorm beïnvloedt.
Namelijk controle!
Meer controle=minder angst
Uit onderzoek bij mensen* blijkt dat de mate waarin je controle hebt over een prikkel, heel erg beïnvloedt hoe je naar de prikkel kijkt. Of beter gezegd; hoe je je bij die prikkel voelt. Hoe minder controle je hebt over een prikkel (lees onbekende hond/persoon), hoe groter het negatieve effect van die prikkel is. Over het belang van controle en voorspelbaarheid, kun je hier meer lezen.
Als je het gedrag van je hond probeert te veranderen, is het heel vaak zo dat jij als trainer in dat proces erg bepalend bent. Je laat bv. de hond naar jou kijken en jij beloont hem. Of je laat de hond naar datgene kijken wat zijn gedrag veroorzaakt, en jij beloont hem. Daarmee word jij een essentieel onderdeel van de training en neem jij de controle over. En daarmee weg van de hond.
Voor er misverstanden ontstaan: Belonen voor kijken naar jou of naar een andere hond is overigens NIET FOUT! Als het ervoor zorgt dat je hond niet (zo heftig) op de prikkel reageert, blijf het dan vooral ook doen. Want elke reactie die je kunt voorkomen (zonder schrik of angst voor je hond), is mooi meegenomen! Realiseer je wel dat het risico bestaat dat je het gedrag van de hond mogelijk beïnvloedt en verandert, maar dat er een grote kans is dat de hond nog steeds dezelfde emotie heeft ten opzichte van de prikkel.
Als je met je hond BAT, geef je hem de controle door hem tempo en richting te laten bepalen ten opzichte van datgene waar hij op reageert. Zolang het veilig is (!) loopt hij voorop. Jij grijpt in als je ziet dat zijn spanning en/of opwinding toeneemt, en als het goed is doe je dat ver voordat je hond uitvalt. Zodat hij niet leert dat reactief zijn een goede oplossing is, maar dat je afwenden, gaan snuffelen of omdraaien allemaal beter en prettiger is dan bv. uitvallen.
Als je BAT goed toepast, komen een aantal factoren en technieken samen die ervoor zorgen dat de emotie van de hond verandert waardoor zijn gedrag verbetert:
- counterconditionering en desensitisatie. Tijdens een BAT-sessie werk je met een verrijkte omgeving; je zorgt voor snoepjes, voorwerpen, speeltjes op de grond zodat de hond wordt uitgenodigd om zich te verplaatsen. Dat gebeurt op een zodanige afstand van de prikkel, dat de hond die wel ziet/ruikt/hoort maar het niet een aanleiding is om te reageren. Op het moment dat de hond de prikkel waarneemt en hij bezig is (op een veilige afstand) met iets wat leuk voor hem is, treedt er counterconditionering op. Met een timing waar je als eigenaar niet tegenop kunt, want daar tussen het zien en het geven van bv een voertje zit altijd iets vertraging. Hoe snel en hoe goed je als trainer ook bent.
- management, of met andere woorden ervoor zorgen dat de omgeving van de hond veilig is voor de hond zelf maar niet te vergeten voor anderen in die omgeving. Met management zorg je er bovendien voor dat de hond niet opnieuw leert dat zijn gedrag (bv. uitvallen) werkt. Hoe vaker hij dat kan blijven “oefenen”, hoe lastiger het wordt om zijn gedrag te veranderen.
- gedrag wordt bekrachtigd door factoren in de omgeving. Als je een BAT-sessie goed opzet, is het waarschijnlijker dat een hond informatie verzamelt over de prikkel of wegkijkt (in het begin met minimale hulp van jou) als het hem teveel wordt. Hij ervaart dan zelf, dat zij zich daarna prettiger voelt omdat hij dan minder spanning heeft. Dat is de beloning, waar geen koekje of een “braaf” van jou tegenop kan!
- Snuffelen. Tijdens een BAT-sessie wordt er door de meeste honden veel gesnuffeld in de verrijkte omgeving. Dit geeft de hond de gelegenheid om informatie te verzamelen waardoor hij beter kan bepalen of de prikkel schreeuwt om een reactie van zijn kant. Daarnaast is snuffelen stressverminderend. Het zorgt ervoor dat de hond – op eigen initatief – dichter naar de prikkel toegaat maar in zijn eigen tempo.
- Controle. De hond loopt aan een 5 meter lijn en een tuigje, zodat je hem zo weinig mogelijk hindert en hij zelf richting en snelheid kan bepalen. Maar je ook nog steeds invloed kunt uitoefenen als hij te direct of te snel (als je achter je hond aan moet rennen, heb je geen controle als het moet!) naar de prikkel toeloopt. Bij BAT leer je specifieke lijnvaardigheden zodat je met zo licht mogelijke hulpen het gedrag van je hond kunt beïnvloeden, maar wel controle kunt nemen als het nodig is.
Ik heb de meest gestelde vragen over BAT geprobeerd te bundelen in deze FAQ (Frequently Asked Questions-Veel Gestelde Vragen):
1. BAT is voor uitvallende honden, valt mijn hond wel uit?
Uitvallen is een heel breed begrip; van fixeren, verstijven tot proberen te bijten. Maar ook proberen weg te komen of spanning opbouwen zou je op zijn minst als voortekenen van uitvallen kunnen zien. Zodra je merkt dat je hond niet ontspannen reageert op een onbekende hond/persoon, is BAT een goed in te zetten methode.
2. Ik lees dat BAT vooral gebruikt wordt bij angstige honden, maar ik heb niet het idee dat mijn hond bang is.
BAT kun je ook inzetten als emoties als frustratie of boosheid het gedrag van je hond bepalen. Overigens leert de ervaring dat honden vaker reactief zijn uit angst dan uit een andere emotie, maar dat veel eigenaren het vaak niet goed herkennen. Hierover kun je hier en hier meer lezen.
3. Kan ik met BAT alle probleemgedrag veranderen?
Nee. BAT werkt het beste bij honden die reageren op onbekende honden en/of personen. Voor andere problemen zoals angst voor geluiden (vuurwerk, onweer) of verlatingsangst zijn andere technieken efficienter. Raadpleeg een gedragstherapeut!
4. Hoe lang duurt het voordat je effect ziet?
BAT is geen wondermiddel. Net als bij andere trainingstechnieken en –methodes geldt dat het effect onder meer bepaald wordt door hoe vaak je oefent en of je het goed doet. Daarnaast speelt de voorgeschiedenis en mogelijk medische factoren een belangrijke rol. Maar; in grote lijnen kun je zeggen dat je na 10-15 positief verlopen ontmoetingen (en op grote afstand is ook een ontmoeting!) met een prikkel je verbetering ziet in het gedrag van je hond.
5. Verdwijnt het reactieve gedrag helemaal?
Zie het antwoord hierboven… Het hangt sterk van de voorgeschiedenis en andere factoren af hoever je kunt komen. Voor de meeste honden is zonder reactiviteit aan de overkant van de straat een hond/persoon zien passeren een realistisch einddoel.
6. Ik moet de omgeving van mijn hond managen, betekent dat dat hij nooit meer andere honden/personen mag tegenkomen?
Nee, dat betekent het zeker niet. De training is er immers op gericht dat hij dat wel weer aan kan op langere termijn. Maar om daar te komen, is het belangrijk dat je hond zo min mogelijk de gelegenheid krijgt om te “oefenen” dat zijn gedrag werkt. Elke negatieve ervaring beinvloedt de kans van slagen op de langere termijn.
7. Welke hulpmiddelen heb ik nodig om te kunnen BAT-ten?
Een lange lijn en een tuigje. Daarnaast prikkels om mee te oefenen (dat kun je zelf regelen of je kunt gebruiken van de omgeving, bv. een omheind uitlaat- of hondenschool-veld waarbij jij en je hond niet in het veld staan maar op grote afstand erbuiten) en het liefst een verrijkte omgeving. En kennis over wat je aan het doen bent.
8. Hoe kom ik meer te weten over BAT?
Kijk op deze pagina voor meer informatie
Dit artikel is geschreven door Monique Bladder, CBATI en gedragstherapeut. Dit artikel mag alleen worden overgenomen met schriftelijke toestemming. Delen op social media door vermelding van de link naar dit artikel wordt op prijs gesteld!
• Maier S. F., Amat J., Baratta M. V., Paul E., Watkins L. R. (2006). Behavioral control, the medial prefrontal cortex, and resilience. Dialogues Clin. Neurosci. 8, 397–406.